Brand upon the Brain

Genre: Groteske horror | Duur: 00 min. | Release: 30 November 2006 | Land: VS, Canada | Regie: Guy Maddin | Cast: Gretchen Krich, Maya Lawson, Katherine E. Scharhon, Sullivan Brown

Brand upon the Brain is ontstaan uit een bizarre mix van persoonlijke herinneringen en een bijzonder levendige verbeelding. Het verhaal vangt aan wanneer Guy, een huisschilder die voor de rest weinig terechtbracht van zijn leven, terugkeert naar het eiland waar hij opgroeide om zijn stervende moeder een plezier te doen. Ze wil dat hij de vuurtoren waar ze heel hun leven in woonden een nieuwe verflaag geeft. Eens hij daaraan begint komen de lang vergeten herinneringen vanzelf weer opborrelen.

De jonge Guy werd voortdurend heen en weer geslingerd tussen zijn obsessieve en puriteinse moeder en zijn seksueel ontluikende zus die van haar regime wil losbreken. Met behulp van een 'aerophone' (een uitvinding van vader), de misthoorn en de zoeklamp van de vuurtoren bespioneert en terroriseert ze haar kinderen. Vader is een gekke uitvinder die dag en nacht brouwseltjes klaarmaakt op basis van een mysterieuze nectar. Dit houdt op een of andere manier verband met het weeshuis onder de vuurtoren waar moeder met ijzeren vuist over regeert. Daarnaast is er Guy's meisje Wendy, die plots verdwijnt en Chance, de jonge detective waar Sis verliefd op wordt. De synopsis verder navertellen is zinloos, weet echter dat het geheel evolueert tot een groteske freudiaanse nachtmerrie waarin het ene na het andere duistere geheim wordt blootgelegd.

Brand Upon the Brain is een stille film die in Toronto in première ging, begeleid door een 11-koppig orkest, zangeres en verteller. In de Nova moesten we het stellen met de bezwerende score van componist Jason Staczeky maar de ervaring die dit unieke pareltje oplevert is er niet minder op. Maddin kiest voor zwart-wit fotografie die geïnspireerd is op oude stille films, Eisenstein, Epstein, James Whale, Feuillade maar ook stille melodrama's en de surrealistische cinema van Buñuel en Dalí. Maar de stijl leunt misschien nog het meest aan bij die van het Duits expressionisme (Murnau, Wegener, Wiene) met diepe en donkere schaduwen, gezichten die helder opflakkeren in een voor de rest in duisternis gehuld beeld, extreme close ups van ogen, vervormde perspectieven en een dreigende atmosfeer. Maddin creëert een geheel eigen stijl door hier de nieuw verworven mogelijkheden van de digitale cinema aan toe te gaan voegen. Zo werkt hij voortdurend de helderheid en dieptescherpte van het beeld tegen, waardoor personages vaak zichtbaar zijn in een beeld dat voor de rest in een onscherpe waas is gehuld. Ook de zwart-wit fotografie en de extreem grofkorrelige textuur dragen bij tot de erg tastbare gelaagdheid van de beelden. Dankzij de hypersnelle montagetechniek, die constant gebruik maakt van inserts, faux-raccords, freeze-frames en jump-cuts lijken personages zich niet te bewegen in dit ijle droomuniversum, maar flakkeren op als fantomen, verdwijnen en verschijnen weer even snel in een totaal andere beeldhoek of grootte, of in een compleet ander beeld; met subliminale effecten als gevolg.

Maddin creëert een geheel eigen stijl door hier de nieuw verworven mogelijkheden van de digitale cinema aan toe te gaan voegen

Bovendien slaagt Maddin er ook nog in uit deze experimentele audiovisuele trip een narratief en dramatisch gegeven te creëren, hoewel ook dit op allesbehalve vanzelfsprekende wijze. Zoals in de stille film wordt het gebrek aan dialoog gecompenseerd met heel expressief acteerwerk waarin lichaamstaal, gelaatsuitdrukkingen en gestes een waaier aan emoties tentoonspreiden. Maar anders dan in een klassieke stille film wordt het drama hier op een zuiver audiovisuele manier opgebouwd en wordt gestructureerd door emotionele ankerpunten die via telkens terugkerende beelden worden gevisualiseerd. Zo wordt de extreme terreur van moeder gelinkt aan de dreigende monumentaliteit en de panoptische blik van de vuurtoren, de vurige verlangens van Sis komen tot rust in de handen van de 'kissing gloves' van de jonge Chance die later 'the undressing gloves' worden, de angst van Sis om naar haar vader gestuurd te worden is gebonden aan het dreigende geluid (en beeld) van een misthoorn, de frustraties van de jonge Guy uiten zich in lethargie, slaapwandelen en wanneer het hem weer eens te veel wordt ("This was all too much for Guy"), valt hij voor dood neer op de grond. De score van Staczeky schept op melodramatische wijze mee de wirwar van hevige emoties en wordt op perfect getimede momenten stilgelegd om een uitgekiend diëgetisch geluid te laten horen (kindervoetstappen op de ijzeren trap, de schreeuw van een vrouw, het schrapende geluid van een scheerbeurt of het geborrel van de flesjes in vader's labo). Vergeten we ook niet te vermelden dat de poëtische en meeslepende vertelstem die van Isabella Rossellini is.

Door het hallucinante ritme van de montage, maar ook door het voortdurende herhalen van bepaalde beelden, situaties, woorden of geluiden ontstaat een soort van continue audiovisuele en emotionele golfbeweging die zich op een vreemde manier in je brein gaat haken. Enig minpunt is dat de film wat te lang duurt om je echt gedurende zijn volledige duur in de ban te kunnen houden. Toch lijkt hij drie sterren zeker waard omdat het slechts zelden voorkomt dat iemand met zo weinig middelen en op zo'n atypische en verfrissende manier een film creëert die werkelijk op alle vlakken vernieuwend is en ondanks zijn experimentele visuele stijl ook nog eens zo intens emotioneel.

Ils Huygens Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien