Azumi

Genre: Actie | Duur: 1u58 | Release: 1 Januari 2003 | Land: Japan | Regie: Ryuhei Kitamura | Cast: Aya Ueto, Joe Odagiri, Yoshio Harada, Hiroki Narimiya

Dat samoerais en martial arts weer in zijn is ondertussen gemeengoed. Ryuhei Kitamira lag met zijn cultfilm Versus (in 2002 te zien op het festival) mee aan de basis van deze revival. Met Azumi, gebaseerd op de gewelddadige en in Japan zeer populaire manga van Yu Koyama, waagt hij zich nogmaals aan het genre, zij het op veel ingetogener manier.



Azumi werd samen met negen andere, door de oorlog ontvoogde kinderen in de isolatie van de bergen grootgebracht door meester Gessai, die hen opleidde tot onoverwinnelijke krijgers. Hun enige levensdoel is het uitschakelen van drie machtige warlords en zo vrede te brengen over het door oorlog verscheurde Japan. Om hun opdracht te vervullen moeten ze elke emotie en twijfel kunnen uitschakelen. Wanneer de tijd gekomen is plaatst meester Gessai de tieners dan ook voor de ultieme test: ieder van hen moet een gevecht op leven en dood voeren met de persoon die hij het liefst van al heeft. De vijf resterende krijgers zijn mentaal klaar voor de opdracht. De zwaardgevechten volgen elkaar daarna in razendsnel tempo op waarbij de vijf het onder andere opnemen tegen de excentrieke in het wit geklede psychopaat Bijomaru, tegen een bende bloedlustige ninja?s en tegen zowat de volledige mannelijke bevolking van het havenstadje Gamo. Daar houdt de ongrijpbare warlord Kiyomasa zich schuil.



Met de zelfreferentiële humor, stilistische gevechtschoreografie, grafische vormgeving van geweld en de totaal overdreven aantallen neergemaaide doden leunt Azumi sterk aan bij de pop-style action van Kill Bill. Anderzijds probeert Kitamura vergeefs in navolging van pioniers als Kurosawa meer inhoud te geven aan de personages die te maken krijgen met gewetenswroeging en twijfels rond hun lot als krijgers. Spijtig genoeg werkt die opgedrongen morele ambiguïteit niet bij personages die voor de rest als playstationfiguurtjes opgevoerd worden. Dat resulteert in enkele zwakkere scènes (die je evenzeer als ironie van Kitamura?s kant zou kunnen opvatten) zoals deze waarin Azumi zich onder invloed van haar nieuwe vriendin Yae bewust wordt van haar vrouwelijke schoonheid en haar krijgeroutfit tijdelijk inruilt voor een roze kimono.



Gelukkig ziet Azumi snel weer in dat ze niet geboren is voor de haard maar voor het zwaard (in your face Vlaams Blok) en haast zich naar het dorp Gamo waar ze het in haar eentje opneemt tegen niet minder dan 200 gewapende mannen. Sweet! (Voor de liefhebbers van dit soort gender-bending kan ik trouwens ook nog de film Twins Effect aanraden waarin twee knappe Hong Kong chicks al het vechtwerk moeten doen terwijl de twee mannelijke hoofdrolspelers verzwakt tegen de grond liggen of zo dom zijn zichzelf in een vampier te laten veranderen.)



Hoewel zeker geen meesterwerk, mag Azumi dankzij de visuele pracht en vooral het ongelooflijk dynamisch en inventief camerawerk tijdens de vechtscènes (waaronder een spectaculair shot waarin de camera geen horizontale maar een verticale panbeweging van 360° maakt) tot de betere helft van het momenteel alomtegenwoordige zwaardgekletter gerekend worden.

Ils Huygens Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien