Charlie and the Chocolate Factory

Genre: Fantasy | Duur: 1u55 | 2005 | Release: 13 Juli 2005 | Land: | Regie: Tim Burton | Cast: Johnny Depp, Freddie Highmore, David Kelly, Helena Bonham Carter, Christopher Lee, AnnaSophia Robb, Noah Taylor

Heden ten dage teistert enkel bruut geweld onze cinemazalen. In Sin City wordt er vrolijk met afgehakte hoofden gejongleerd, Batman knokt er weer een aardig eindje op los en Anakin blijkt in Star Wars 3 helemaal niet zo'n brave knul te zijn als we ons hadden kunnen voorstellen. Knappe films, maar goed gezind wordt een mens er natuurlijk niet van. Waar blijft de tijd dat we ieder jaar nog een hartverwarmende Disney in de aders kregen geïnjecteerd, de tijd waarin de moraal poepsimpel was, maar toch kraakhelder en bloedeerlijk? Tussen de CGI-rommel die de markt overspoelt (Shark Tale, iemand?) is het zoeken naar een oprechte, wàrme film een kwestie geworden van een speldenkop in een hooiberg. Maar net nu we alle hoop hadden opgegeven, komt de visionaire beeldenstormer Tim Burton aanzetten met een prent die ons eindelijk nog eens een hart onder de riem steekt.

 

Het is verwonderlijk dat Tim Burton zich nooit eerder op het veelzijdige oevre van de Britse auteur Roald Dahl heeft toegespitst . De twee beoefenen weliswaar een totaal ander medium, toch timmeren ze aan dezelfde weg. Burton's werk is in feite een weerspiegeling op pellicule van wat Dahl deed: macabere humor, hartverwarmende magie en uitzinnig gegriezel. Het is dan ook opvallend dat Burton juist het boek onder de loep nam, dat het verst van zijn gotische fantasmen is verwijderd. In Charlie and the Chocolate Factory zijn er van heinde en verre geen vogelverschrikkers, getormenteerde vleermuizen of rammelende skeletten te bespeuren. Toch is 'Sjakie en de chocoladefabriek' enkel spek voor Burton's bek. Nadat niemand minder dan Martin Scorsese verstek liet gaan voor de regie (Scorsese en kinderfilm? Yeah right!) en Tim Burton als Big Fish werd binnengehaald, zocht men druk naar een acteur die in de purperpaarse voetsporen van komisch genie Gene Wilder wou kruipen. Nicolas Cage, Steve Martin en Christopher Walken kwamen in aanmerking. Uiteindelijk bleek dat enkel de tandem Depp/Burton (Edward Scissorhands, Ed Wood) dit kindersprookje tot een goed einde konden brengen.

Charlie Bucket is een kleine dreumes die samen met zijn ouders en zijn vier grootouders in een bouwvallig houten hutje woont , nabij de grote magische chocoladefabriek van de enigmatische chocolatier Willy Wonka. Wonka's snoepparadijs lijkt voor iedereen een onbereikbare droom, tot ie beslist op zoek te gaan naar een erfgenaam en vijf gouden tickets verstopt in de chocoladerepen, die verspreid worden over heel de wereld. Natuurlijk vindt uitgerekend Charlie de gouden wikkel en mag hij samen met zijn grootvader de fabriek betreden. Terwijl de bezoekertjes één voor één ten prooi vallen aan verschillende ondeugden, overpeinst Wonka zijn afstandelijke relatie met zijn vader (een aparte, maar leuke bijrol voor Christopher Lee, icoon van de Hammerhorrorfilms, die Burton als kind bewonderde).

Tim Burton en Roald Dahl beoefenen een ander medium, toch timmeren ze aan dezelfde weg.

Roald Dahl was naar verluidt niet te spreken over de kapsones van chocolatier Willy Wonka in Mel Stuart's filmversie uit 1971. Gene Wilder's cartooneske weergave van Wonka was grandioos, en Mel Stuart's regie was om van te snoepen, maar waarom moest het allemaal zo braafjes? 'Charlie and the chocolate factory' was een prima allegorie op de Britse society en Wonka was een ideale Sinterklaasfiguur: Wie braaf is krijgt lekkers, wie stout is de roe. Helaas bleef er in Stuart's versie niet meer veel over van die simpele moraal. Om de man postuum ter wille te zijn, moest de moderne update moest dus trouw blijven aan zijn woorden. Back to basics, verklaarde ook scenarioschrijver John August (Big Fish), en hij hield woord: de moderne versie van de onsterfelijke klassieker is zo mogelijk nóg magischer dan Mel Stuart's aardige, maar toch wat prefab-achtige koekendoos. Johnny Depp is nog psychedelischer dan Wilder, en de originele oompa loompa deuntjes worden in een aardig, door Danny Elfman gecreeërd rock & roll kleedje gestopt.

Charlie and The Chocolate factory is in de eerste plaats een pure Burton film. Van de prachtige openingsgeneriek tot het laatste shot is de mise-en-scène één grote visuele snoepdoos met een ongelofelijke aandacht voor details (let vooral op het huisje van de Buckets). Maar ondanks de aandacht voor de glossy look, is de magie van het verhaal nooit onderhevig aan zijn visuele verpakking (Big Fish kampte daar heel wat meer mee). Charlie and the chocolate factory straalt, dames en heren. Burton speelt opniew een thuismatch, maar zelden heeft hij ze met zulke bravoure gewonnen.

Sven De Hondt Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De kleine Charlie komt uit de bus als winnaar van Wonka's speurtocht naar een erfgenaam. Hij kiest echter voor zijn ouders in plaats van de fabriek, waardoor er bij Wonka een belletje gaat rinkelen. Samen met Charlie zoekt hij uiteindelijk ook zijn vader op en sluit hij opnieuw vrede met the ol' man.