Drag Me To Hell

Genre: Horror | Duur: 1u39 | Release: 24 Juni 2009 | Land: VS | Regie: Sam Raimi | Cast: Alison Lohman, Justin Long, David Paymer

Respect voor de guts van Sam Raimi. Hij had zijn Spider-Man-franchise verder kunnen uitmelken met een gepolijst studioproduct. In plaats daarvan maakt de man een onvervalste hommage aan notabele horrormeesters Vincent Price en William Castle. Drag Me to Hell is een triomfantelijke terugkeer naar het genre waarin Raimi aan het eind van de eighties excelleerde: een spookhuisfilm die met verve chills en thrills door uw zenuwbanen stuwt.

Voor een opbouw is er weinig tijd. In tegenstelling tot de zoutloze remakes van allerhande J-horror is Drag Me to Hell eerlijk in zijn opzet. Vergeet geforceerde karakteropbouw, nodeloos gecompliceerde verhalen. Er is niet meer dan een simpel opzet om u zo veel mogelijk van uw bioscoopstoeltje te laten wippen. Dat is voor één keer geen probleem, want Raimi weet perfect hoe en op welk moment hij aan de touwtjes moet trekken. Als een guitige schooljongen die net een kwajongensstreek heeft uitgehaald, zo laat Raimi, opnieuw met zichtbaar genoegen, uw adrinalinespiegel de pan uit swingen.

Alison Lohman geeft gestalte aan Christine Brown, een naïeve kredietverleenster die aanpapt met een al even zoutloze dokter. Om in genade te vallen bij haar baas weigert ze krediet te verlenen aan een oud Hongaars besje dat dreigt uit haar huis gezet te worden. Het moesje spreekt een banvloek uit en algauw wordt Christine slachtoffer van allerhande klopgeesten die pas zullen rusten alvorens Christine de rekening dubbel en dik heeft terugbetaald.

Het is een verademing om te zien dat Raimi na de gladgestreken Spider-Man-trilogie de truken van de foor nog niet verleerd heeft. Drag Me To Hell raast met een adembenemende snelheid langs burleske shockmomenten, bezwerende soundscapes en vermakelijke knipogen. Raimi, die het basisscenario meer dan 20 jaar geleden schreef, laat als vanouds zijn camera alle hoeken van de kamer zien en weet als geen ander de klankband op te smukken met efficiënte klankeffecten.
Drag Me to Hell is een liefdesbetuiging aan de betere genrefilm aangelengd met een flinke scheut Tex Avery. Lohman, aardig kijkvoer maar toch niet meteen de beste actrice van haar generatie, is dan ook perfect gecast als dame in distress. De personages neigen allemaal naar het karikaturale, wat dan ook volledig conform is volgens het canon van de spookhuisfilm.

Drag Me to Hell is een film die weinig pretentie heeft en een aardig anderhalf uur uw meest primitieve impulsen weet te beroeren. Gesp alvast uw gordel vast.

Sven De Hondt Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In een fantastische sequentie graaft Christine het graf uit van het Hongaarse meisje en slaagt ze erin de vervloekte jasknop terug te bezorgen. En zo keert de de rust terug. Maar dat is buiten de demonische twist gerekend: Christines vriendje wacht haar op aan het station en heeft een verassing in petto. Hij heeft Christines oude jasknop kunnen recupereren. Christine springt op het treinspoor omdat ze geen verdere demonische kwelling meer kan verdragen. Ze wordt door Satan zelve door de aardkorst getrokken. Haar wacht dus het eeuwige vagevuur.