Tentoonstelling Stanley Kubrick

Je kunt deze tentoonstelling niet onbevooroordeeld binnen wandelen. Wie geen fan is van de meester laat dit wellicht links liggen. Voer voor Kubrick-geeks dus. Maar wie van hen wil verdwalen in de kluwen en brokken en kronkels die aan zijn films vooraf ging, staat een dot van een tentoonstelling te wachten. Enkel in Frankfurt am Main, Berlijn en Melbourne heeft deze exhibitie eerder haar tenten opgeslagen en Gent mag dat nu in het kader van het filmfestival ook. De expo loopt wel nog tot 7 januari 2007 in het Caermersklooster in het Patershol, lang na het eind van het festival. Een experimentele of vormgewijs gewaagde opzet moet je niet verwachten: in dertien zalen worden respectievelijk de dertien langspeelfilms van Kubrick belicht, begeleid door een scherm waarop fragmenten van de desbetreffende film worden getoond. Leesvoer genoeg, want tegen de muren hangt voldoende verklarende tekst om je eigen Kubrick-biografie samen te stellen zijn liefde voor architectuur en design, het gebruik van NASA-lenzen die het hem bij Barry Lyndon mogelijk maakten bij kaarslicht en enkel kaarslicht te filmen, enzovoort. Ook de ruimte waarin wordt uitgelegd hoe muziek de films van Kubrick heeft helpen vormgeven, is best wel interessant. Maar laten we eerlijk zijn: daar komen we niet voor, want dat hebben we allemaal al wel ergens gelezen of gehoord; we willen overdonderd worden, zeker als we de status van de tentoonstelling en haar exclusieve karakter in gedachten hielden. Wat ons dan ook vooral interesseerde was de tastbaarheid van elke film, de conceptie en geboorte ervan. Wees gerust, die komt ruimschoots aan bod: talloze schriftjes vullen de tentoonstelling, schriftjes vol aantekeningen waarin je het concept van de film tot stand ziet komen, vonkjes eindresultaat ziet gloeien onder eindeloze doorhalingen en opmerkingen (ook van zijn twee nooit gerealiseerde droomprojecten Napoleon en Aryan Papers). Maar natuurlijk zijn het vooral de props uit de films zelf die het meest indruk maken: verschillende kostuums, (een schaalmodel van) de centrifuge uit 2001, de indrukwekkend nagebouwde War Room uit Dr. Strangelove en waarachtig, de tafel waaraan Jack Nicholson zn beroemde zinnetje All work and no play makes Jack a dull boy eindeloos herhaalde op een typemachine. Zowel visueel als inhoudelijk is deze tentoonstelling dan ook een parel die weinig motivatie behoeft: elke filmliefhebber uit de Benelux moet dit gezien hebben. Als eerbetoon aan de grootste naoorlogse regisseur.

 

Hannes Dedeurwaerder