The Exterminating Angel

Genre: Komedie, drama | Duur: 1u35 | Release: 1 Januari 1962 | Land: Mexico | Regie: Luis Buñuel | Cast: Silvia Pinal, Enrique Rambal, Claudio Brook, José Baviera, Augusto Benedico, Antonio Bravo, Jacqueline Andere

Herinnert u zich nog de scène in Midnight in Paris waarin Owen Wilson’s personage Luis Buñuel tegenkomt en hem een idee voor een film geeft, over mensen die niet in staat zijn om een kamer te verlaten? De film in kwestie is The Exterminating Angel en is een van Buñuel’s meest geroemde en controversiële films. In de jaren ’60 beleefde de Spaanse regisseur zijn hoogdagen met onder andere Viridiana, Belle du jour en deze film. Maar meer nog dan een persoonlijk succes is The Exterminating Angel een geesteskind van een bepaalde ontwikkeling in de filmgeschiedenis.

Buñuel’s film verscheen namelijk in een tijdperk waarin het modernisme hoogtij vierde in de Europese cinema. Filmmakers zoals Michelangelo Antonioni, Frederico Fellini en Alain Resnais braken met het traditionele model van Hollywood en plots kregen we films voorgeschoteld waarbij open eindes geen voldoening geven, waarin vervreemde personages gebeurtenissen ondergaan waar zij geen controle over hebben en logische oorzaak-gevolg verbanden plaats maken voor toeval en een gebrek aan motivatie.

The Exterminating Angel ontplooit zich in eerste instantie als een klassiek gefilmd kamerdrama over een diner tussen een aantal hooggeplaatste gasten in een luxueuze villa na een bezoek aan de opera. Maar de bedienden die aan het begin van de film plots en zonder duidelijke redenen de villa zo snel mogelijk willen verlaten, verraden dat er meer aan de hand is. Wanneer de gasten na het avondmaal op het punt staan om te vertrekken, blijkt dat zij zich in een soort van lethargische staat bevinden waardoor ze er niet in slagen om de salon te verlaten. De volgende ochtend blijkt de toestand ongewijzigd.

De film geeft geen logische verklaring voor deze surreële gebeurtenis en ook het open einde biedt geen soelaas. De vrije narratieve vorm en de grote mate van symboliek en surrealisme laten de interpretatie haast volledig aan de kijker over. Net als bij een aantal van Buñuel’s andere films is er hier een aanval op de bourgeoisie en religie merkbaar. De regisseur haalt een aantal bourgeoisiemensen uit hun dagelijkse bestaan door hen eerst in de villa en daarna in een kerk te plaatsen en confronteert hen met zichzelf en hun gewoonten. Door de onderlinge spanningen en het gebrek aan eten, water,… verdwijnt elke vorm van fatsoen en komen de meer primaire elementen van het menselijke gedrag naar boven.

De film geeft geen logische verklaring voor deze surreële gebeurtenis en ook het open einde biedt geen soelaas

Het schouwspel dat de acteurs presenteren is ronduit fantastisch om naar te kijken, o.a. door de scherpe dialogen en het spottende karakter van de film. De vreemde en droomachtige sfeer doen hier nog een schepje bovenop, met enkele zeer bizarre taferelen en de surreële plot. Wie met een open geest naar de film kijkt zal naast een intrigerende surrealistische fabel een krachtige politieke satire en meer nog een fascinerende studie van het menselijke gedrag en misschien wel het leven zelf ontdekken.

Jeroen Van Rossem Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Wanneer iemand ontdekt dat ze op een bepaald moment op identiek dezelfde plaats staan als tijdens de avond, slagen ze er in te ontsnappen door een aantal acties te herhalen en vervolgens daadwerkelijk te vertrekken. Daarna zien we hen in een kerk een mis bijwonen. Wanneer ze willen vertrekken, is opnieuw niemand in staat weg te gaan. We krijgen beelden te zien van soldaten die op betogers op straat schieten en een kudde schapen die de kerk binnenlopen.