Wolfsbergen
Genre: Familiedrama
| Duur: 1u35 | Release: 28 November 2007 | Land: België, Nederland | Regie: Nanouk Leopold | Cast: Piet Kamerman, Jan Decleir, Merel van Houts, Karina Smulders, Fedja Van Huêt, Catherine ten Bruggencate, Tamar van den Dop
Het lichtjes indrukwekkende staaltje staging dat Nanouk Leopold in het sinistere suburban drama Guernsey opvoerde, deed ons twee jaar geleden al reikhalzend uitkijken naar volgende wapenfeiten van de beloftevolle Nederlandse. Met de zwaarmoedige familiekroniek Wolfsbergen ? waarvoor ze het scenario overigens al in 2002 schreef, maar ten tijde van haar vorige project in de koelkast stak ? lost ze de verwachtingen helemaal in.
De aanzet voor deze caleidoscopisch gestileerde karakterschets wordt gegeven door de bejaarde eenzaat Konraad, die zijn dochter en kleindochters laat weten vastberaden te zijn het tijdelijke voor het eeuwige te willen inwisselen. In het afwisselende narratief dat zich daarop ontspint, is het lot van de weemoedige huisvader slechts van secundair belang. Leopold focust aanvankelijk op de manier waarop de overige telgen van de familie met diens doodswens omgaan, om daaruit naar de eigenlijke topic te evolueren: het isolement waarin elk lid van de compleet verscheurde geslachtsboom zich bevindt, en de tactieken die worden toegepast om dit naargeestige bestaan enigszins draaglijker te laten verlopen.
In het brandpunt van dit morose relaas slaan drie vrouwen lustig de ene familieverwantschap na de andere aan diggelen. Konraads ondoordringbare dochter Maria (Catherine Ten Bruggencate), en diens kinderen - de fragiele Eva (Karina Smulders) en de serpentige Sabine (Tamar van den Dop) ? zijn zo druk bezig de scherven in hun eigen levens bij elkaar te rapen, dat zelfs Maria?s minzame echtgenoot (Jan Decleir) ? de enige die in een altruïstische bui naar Konraad omkijkt - het spoor bijster geraakt, en Sabines voorbeeldige dochter Haas, in een ultieme hulpkreet, tot zelfverminking gedreven wordt.
De afstandelijke relatie die Nanouk Leopold ook al in Guernsey met haar protagonisten onderhield, werkt ze in Wolfsbergen verder uit. Met haar bijzonder statische long takes creëert ze een onoverbrugbare kloof ten opzichte van haar ? overigens stuk voor stuk erg routineus vertolkte ? personages. Misschien doen een aantal scènes hierdoor wat overdreven maniëristisch aan, maar door haar acteurs simpelweg voor het in de verte opgestelde statief te laten bewegen, weigert Leopold zelf oordelen te vellen. In plaats daarvan dwingt ze de kijker zijn licht te laten schijnen over een aantal prangende morele kwesties.