The Hobbit: An Unexpected Journey

Genre: Fantasy | Duur: 2u29 | Release: 12 December 2012 | Land: Nieuw-Zeeland, VS | Regie: Peter Jackson | Cast: Martin Freeman, Ian McKellen, Richard Armitage, James Nesbitt, Hugo Weaving, Cate Blanchett, Andy Serkis

Dat The Hobbit een verfilming is van wat in se toch als een kinderboek bekend staat, blijkt vooral in de eerste (lange) helft van deze film een euvel te zijn. De introductie van de personages - de huiselijke Hobbit Bilbo Baggins, tovenaar Gandalf en een dozijn of wat dwergen, verloopt op een dusdanig gezapig, kolderesk tempo dat je Peter Jackson en de zijnen al na een kwartier vervloekt. Of jezelf: vooraf weten dat The Hobbit: An Unexpected Journey een ander verhaal kwijt wil dan Lord of the Rings, met het volle besef dat er in de film niet (of nauwelijks) sprake is van Frodo, Aragorn, Legolas en co en uiteraard ook met de spijtige veronderstelling dat The Fellowship of the Ring toch niet meteen te overtreffen valt, en toch ben je gaan aanschuiven met net die verwachting dat The Hobbit gewoon een dezelfde ervaring biedt als de befaamde, Oscarwinnende trilogie. Had je niet moeten doen. 

 

Nochtans voelt één en ander aanvankelijk best tweedehands aan. We zijn niet meer onder de indruk van de schattige Hobbithuisjes, we kunnen de overdadig aanwezige muziek van Howard Shore wel dromen en doorzien alle visuele trucjes om acteurs van dezelfde grootte als dwerg of reus naast elkaar te plaatsen. Maar vooral: er valt geen zier te beleven. De personages zijn flinterdun en karikaturaal en het gekibbel onder de dwergen en de daaropvolgende queeste lijken we allemaal al eerder gezien te hebben, hoezeer het avontuur ook alweer visueel-technisch imponeert en op alle vlakken van grondigheid en precisie getuigt.  

Er komt pas schot in de zaak wanneer Bilbo, anderhalf uur ver in de film, beslist op te geven en naar huis te gaan. Nog voor hij zijn knapzak ter hand heeft genomen, valt het genootschap echter in de ongastvrije handen van de aardmannnetjes. Vanaf dat moment krijgt de film eindelijk dat sensationele en magische karakter dat bij dit soort avonturen hoort. Bilbo gaat een beklemmend spel aan met Gollum, de dwergen trachten op spectaculaire wijze te ontsnappen aan de wansmakelijke aardkoning en zijn gevolg en de kijker ervaart op enkele momenten opnieuw dat vertrouwde betoverende gevoel. Wanneer Bilbo dan - eindelijk! - ballen kweekt en het personage dan toch echt tot leven komt, besef je dat ook deze bonte bende je sympathie verdient. 

Voorlopig echter nog geen applaus voor het feit dat het bronmateriaal in drie films werd opgesplits. Deel één blijkt alvast gerokken over te komen en heeft het moeilijk een vertelritme te vinden. Argwaan eveneens tegenover de nieuwe High Frame Rate-techniek waarbij de beelden haarscherp en hyperrealistisch overkomen. Moet cinema, en vooral als het op dit soort sprookjesfilms aankomt, niet net de magie in stand houden en ons een àndere realiteit laten beleven? Willen we dwergen zien of overacterende kerels met opzichtige pruiken en snorren op? Is het niet net dat beetje floue, dat flinterdunne vlies dat tussen kijker en film hangt, dat de cinemabeleving maakt wat ze is?

Denk er het uwe van, maar laat het de beoordeling van deze film niet in de weg staan: The Hobbit: An Unexpect Journey is een aardige start, maar om ons echt van onze sokken te blazen zullen de twee volgende films nog een stuk meer gekruid moeten worden. 

Sven De Schutter Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bilbo redt Thorin en vervolgens kan de hele bende ontsnappen aan de wraakzuchtige, eenarmige Orc Azog. Ze belanden op redelijke afstand van hun reisdoel, Sindarin Erebor, waar de draak Smaug woont. Hier kan deel twee starten.