Leve de Belgische film, zelfs de Vlaamse!

Het vooroordeel is waarschijnlijk al zo oud als de Belgische film zelf: Belgen kunnen geen films maken. De Walen zijn misschien de schade terug aan het inhalen (denk aan Les Convoyeurs Attendent of Rosetta), maar de Vlamingen bakken er geheid niets van. Neen, Vlaamse film staat gelijk aan boekverfilmingen (Daens, Karakter, De Witte van Sichem); by-the-book brave en correcte regie (Iedereen Beroemd, Pauline & Paulette), onrealistische acteurprestaties en 'willen-maar-niet-kunnen'-films vanwege hun kleine budget. Vanzelfsprekend is deze kritiek niet helemaal onterecht. De Vlaamse film heeft inderdaad draken van films opgeleverd, denk bijvoorbeeld aan zowat alle films van Rob Van Eyck (Blue Belgium), onze Ed Wood van eigen bodem of aan de VTM-verlengstukken (Costa!, Oesje, Plop). Vele Belgische films floppen dan ook omdat ze al te zeer het Amerikaanse 'Grote Voorbeeld' trachten te volgen. In een interview met K.U.T wijst Peter Missotten (regisseur The Cutting) erop dat de Europese cinema zelf haar bestaansreden ontneemt wanneer ze haar eigenheid ontkent. Laat spectaculaire actiefilms, method-acting en computerenhanced special effects aan de Amerikanen, op dat vlak zijn ze toch niet te kloppen. De Europese film was volgens hem al lang gered geweest wanneer hierin duidelijker en meer gedurfde keuzes zouden gemaakt zijn. Misschien ligt het allemaal ook weer niet zo simpel, feit blijft dat er in vrij korte tijd een aanzienlijk aantal Belgische films zijn uitgekomen van hoge kwaliteit. Het is echter vreselijk jammer dat de meerderheid van deze films zo goed als zeker nooit het reguliere circuit zullen bereiken. Onderstaande besproken films zal u dan waarschijnlijk ook alleen maar op festivals of in de betere (lees: kleinere, onbekende en stilaan bijna onbestaande) cinema te zien krijgen. Voor sommige films is dit best te begrijpen, The Cutting bijvoorbeeld is ook nooit bedoeld geweest voor een groot publiek. Deze film die er trouwens veel duurder uitziet dan hij gekost heeft (9 miljoen Bfr) zal nooit volle zalen trekken, of het nu in het Nederlands gesproken wordt of niet. Anders is het met bv. Le Lait de la Tendresse Humaine, een titel die iedereen al zou kennen mocht hij van Amerikaanse makelij zijn. Of Olivetti 82, een originele thriller die pas over enkele maanden zal uitkomen, maar waarschijnlijk ook dan niet meteen de boxoffice hit van de week zal worden. De Belgen weten ook helemaal niet wat voor talent ze op eigen bodem huisvesten. Marion Hänsel bijvoorbeeld.. haar films zijn gegeerd door alle filmcritici en schuimen wereldwijd de verschillende festivals af, maar wat leest u over haar in de Belgische (en dan zeker de Vlaamse) pers ? Niets. Toch leverde ze met 'Nuages: Lettres à mon fils' (Wolken: brieven aan mijn zoon) opnieuw een pareltje af. Benieuwd of u hem ooit te zien zult krijgen. Paradoxaal genoeg zal waarschijnlijk de 'slechtste' film uit het rijtje nog de meeste publieksaandacht krijgen. Falling is Belgisch, maar men heeft er alles aan gedaan dit te verbergen. In het Engels gesproken, met een Britse cast en in een Amerikaans jasje zal u deze film straks wel in het lokale multiplex kunnen bekijken, maar weet dan dat er veel beter te krijgen was.

 

Frank Moens