In Memoriam: John Hurt

Met het heengaan van John Hurt, die op 27 januari 2017 overleed aan kanker, is de het cinemalandschap weer een groot acteur armer. Hurt was iemand die elke film beter maakte en van elke vertolking een echte voorstelling maakte, en de meest uiteenlopende personages speelde in een enorme variatie aan films. Hij werd 77.

John Hurt, in 1940 geboren in Groot-Brittannië, acteerde al vanaf zijn 20e. In 1962 maakte hij al zijn filmdebuut in The Wild and the Willing, maar televisieproducties vormden zijn voornaamste werk. In 1966 al kreeg hij een voorname bijrol in A Man for All Seasons, een film die 6 Oscars won. In 1971, toen hij stilaan naam maakte, werd Hurt genomineerd voor een Bafta, voor de film 10 Rillington Place.

Felbesproken was zijn rol als flamboyante homo in The Naked Civil Servant (1975), dat in 2009 een vervolg kreeg (An Englishman in New York). Ook in de minder bekende prent Love and Death on Long Island (1997) vatte Hurt de tragiek van de homo op jaren die valt voor een jonge adonis.  

Hurt had een zeker dandyeske uitstraling die voor die rollen zeer geschikt was, hoewel hij nooit als knap beschouwd werd. Al op jonge leeftijd straalde Hurt iets verfomfaaid uit, wat hem ouder liet lijken dan hij was. Zijn hoekige neus maakte het plaatje af.

In 1976 maakte Hurt een markante verschijning als de tirannieke Romeinse keizer Caligula in de befaamde serie I, Claudius.  Kort nadien zat hij in het gevangenisdrama Midnight Express (1978), waarvoor hij een Oscarnominatie kreeg. Hurt zag er in beide rollen zo anders uit dat dat tegelijk zijn veelzijdigheid als zijn talent om op te gaan in een rol illustreerde. Toch leek hij een voorliefde te ontwikkelen voor heel expressieve rollen en zorgde Hurt er duidelijk voor dat je vooral hem onthield na een film.

A Man for All Seasons, I Claudius, Midnight Express, Alien, The Naked Civil Servant, The Elephant Man

Je zou aannemen dat de trein toen vertrokken was, maar hoewel Hurt in heel wat grote films zat en tal van memorabele vertolkingen neerzette, is er eigenlijk nooit een moment geweest waarop Hurt gelanceerd was. De man zat geen dag zonder werk maar heeft ook nooit een echte glorieperiode gekend waarin de successen elkaar opvolgden. Niettemin wist hij meer dan 50 jaar actief aanwezig te zijn en liet hij maar zelden een steek vallen – hoe bizar of pover sommige van de films waarin hij verscheen ook waren.

Het ietwat korte hoogtepunt ligt dan ook al een tijd achter ons. Na Midnight Express viel Hurt opnieuw op in Alien (1979) - vooral door de iconische scène waarin een monsterlijk wezen zich door zijn buik boort - , waarna de rol van zijn leven volgde: John Merrick in The Elephant Man van David Lynch. Een van de meest tragische figuren van het witte doek werd door Hurt groots neergezet. Hij kreeg er een Oscarnominatie voor Beste Acteur voor. Robert De Niro won dat jaar voor Raging Bull en The Elephant Man wist geen enkele van zijn 8 nominaties te verzilveren.  

Men wist nadien misschien ook niet goed wat aan te vangen met Hurt. Hij was geen leading man en kreeg zelden een hoofdrol. Veeleer zag men in hem een malafide autoriteitsfiguur en later een wijze mentor. Na de Oscarnominaties volgden dan ook niet meteen andere successen.

Zelden een hoofdrol, maar wel vaak de showsteler van de film

Hurt verscheen in de jaren ’80 o.a. in de flop Heaven’s Gate (1980), The Osterman Weekend (1983), Champions (1984) en The Hit (1984) , waarna hij met 1984 nog een belangrijke film aan zijn oeuvre toevoegde. De verfilming van Orwells dystopische roman toonde nog een keer hoe goed Hurt was in tragiek. Hoewel hij in allerlei genres acteerde – hij parodieerde trouwens zijn rol in Alien in Spaceballs (1987) van zijn goede vriend Mel Brooks – heeft Hurt altijd vermeden de camp op te zoeken in films die zich daar anders wel toe leenden en hoe larger than life sommige van zijn personages ook waren. Hurt kwam wel opvallend vaak aan zijn einde op het witte doek. Meer dan 40 keer kon je hem in een film het loodje zien  leggen. 

Met Scandal (1989) was Hurt pas eind jaren ’80 weer toe aan een fatsoenlijke film, gevolgd door The Field (1990). Hurt stond bekend als een fanatiek en begeesterd acteur maar had ook zijn demonen. Hij dronk wel vaker een glas te veel en verloor halfweg jaren ’80 zijn partner bij een auto-ongeval. Hij zou ook 4 keer trouwen.

Hurt nam geen blad voor de mond. Hij kloeg steen en been over de zware protheses die hij voor The Elephant Man moest dragen en was niet te spreken over de mislukte komedie King Ralph (1991), hoewel hij ook de samenwerking met John Goodman en Peter O’Toole prees. De opnames van Indiana Jones and the Kingdom of the Crystal Skull  (2008) van Steven Spielberg kon hij onmogelijk als prettig omschrijven, zo liet hij weten. Hetzelfde kon overigens nadien van de film gezegd worden.

In de jaren ’90 volgden nog Even Cowgirls Get the Blues van Gus Van Sant en Rob Roy (1995). Hurt ontmoette toen ook Jim Jarmusch, die hem na Dead Man (1995) opnieuw zou casten voor The Limits of Control (2009) en Only Lovers Left Alive (2013). Opmerkelijk was ook Hurts bezwerende verschijning als excentrieke maar zieke miljardair in het meeslepende Contact (1997) met Jodie Foster.

Intussen was duidelijk wat de carrière van Hurt voorstelde. Hij werd aanzien als respectabele Britse bijrolacteur die nu en dan de show kon stelen, ook in kleine rollen; die onafhankelijke producties en Europese cineasten verkoos boven Hollywoodspektakel; die met enkel zijn stem een productie naar een hoger niveau kon tillen.

Pensioen zag Hurt nooit zitten. Hij bleef de ene na de andere film afleveren, waarvan velen snel vergeten of amper het vermelden waard. In de jaren ’00 zat hij o.a. in de horrordraak Lost Souls, Captain Corelli’s Mandolin met Nicolas Cage, Owning Mahony met Philip Seymour Hoffman, The Skeleton Key en Shooting Dogs. Er was ook Harry Potter. Hurt speelde toverstokfabrikant Mr. Ollivander in zowel Harry Potter and the Sorcerer’s Stone (2001) als in Harry Potter and the Deathly Hallows in 2010.

Prijzen wist hij met dit alles zelden in de wacht te slepen. Ondanks zijn status heeft John Hurt merkwaardig weinig filmprijzen gekregen en is er ook niet één vertolking die hem het meeste lof opleverde.

Een film waar Hurt ontegensprekelijk een stempel op gedrukt heeft, is Dogville. Hurt is daarin enkel te horen – hij is de verteller – maar blijkt de perfecte gids om een publiek bij de hand te houden voor wat aanvankelijk als een niet echt toegankelijke film werd beschouwd. Lars Von Trier probeerde immers – met succes – een film zonder decors uit. Hoewel Hurt wel vaker stemmenwerk deed (hij deed o.a. nog Perfume), is het deze meesterlijke tragedie die als ode aan zijn stem mag dienen. Hurt werkte nog opnieuw samen met Von Trier voor Manderlay (opnieuw als verteller) en Melancholia (waarin hij de vader van Kirsten Dunst en Charlotte Gainsbourg speelde).

Andere vermeldenswaardige films zijn V for Vendetta (2005), The Proposition (2005), Hellboy (2004), Hellboy II: The Golden Army (2008) en Brighton Rock (2010).  Hurt zat ook in actieprullen als Immortals (2011) en Hercules (2014) maar evengoed in interessantere producties als Tinker Tailor Soldier Spy (2011) en Snowpiercer (2013). Ook zijn rol als de onsterfelijke Christopher Marlowe in het reeds vermeldde Only Lovers Left Alive toonde hem van zijn beste kant. Tussendoor charmeerde Hurt ook nog eens de geeks door in 3 afleveringen de rol van Dr. Who op zich te nemen in de onvermoeibare tv-reeks.

We gaan de présence van Hurt missen. Zijn talent om een zelfs minderwaardige films van enige gratie en klasse te voorzien, is ontegensprekelijk en uniek. Zijn erfenis bestaat gelukkig uit meer dan 100 rollen. Hurt bleef ook doorwerken nadat kanker bij hem was vastgesteld. In Jackie ontfermt hij zich als priester over Natalie Portman, een rol waarbij ook zichtbaar was dat hij niet meer van de gezondste was.

We mogen de Britse topacteur nog in een achttal afgewerkte producties verwachten, maar geen daarvan lijkt nog echt opzienbarend. De geplande vertolking in Darkest Hour, waarin hij de rol van voormalig Brits premier Neville Chamberlain zou spelen naast Gary Oldman als Churchill, diende geannuleerd te worden. Hurt is definitief filmgeschiedenis. 

 

Sven De Schutter