The Abyss

Genre: Science-Fiction | Duur: 2u26 | Release: 1 Januari 1989 | Land: VS | Regie: James Cameron | Cast: Leo Burmester, Michael Biehn, Mary Elizabeth Mastrantonio, Ed Harris

Het hoeft ondertussen niet meer te verbazen dat filmveteraan James Cameron een ware fascinatie heeft voor de grote oceaan met al haar mysteries. Zo zette hij maar liefst heel de wereld op zijn kop met Titanic, het epos over een nogal kortstondige liefde die met de rest van schip en al haar schatten naar de oceaanbodem zonk. Nadien keerde Cameron met zijn IMAXcamera nog eens terug naar het scheepswrak voor de documentaire Ghost Of The Abyss en daalde hij nog dieper af voor Aliens In The Deep, zijn tweede documentaire waar hij in de donkerste krochten van de oceaan op zoek ging naar de vreemdste fauna. Ook in zijn vrije tijd is de man een fervente duiker en dook hij recent maar liefst 11.000 meter de diepte in om als eerste solo de Marianentrog te verkennen. Eigenlijk begon Cameron’s bewondering voor de oceaandiepte al in de eind jaren ‘80 toen hij het sciencefiction-onderwaterepos The Abyss maakte.

We situeren het verhaal aan het einde van de Koude Oorlog. Wanneer een met een kernraket bewapende Amerikaanse duikboot door een onbekende kracht stuurloos raakt, botst die frontaal op een klif en zinkt naar de rand van een diepe trog. Een reddingsoperatie van op een onderwaterboorplatform lijkt de snelste manier om bij het wrak te komen. Bud Brigman (een uitstekende Ed Harris), zijn temperamentvolle ex-vrouw Lindsey (Mary Elizabeth Mastrantonio), eveneens de ontwerpster van het platform, en zijn groep teamleden worden ingeschakeld om een legertje uit de kluiten gewassen Navy SEALs - die “al even tof zijn als een belastingcontrole” - tot in de gezonken duikboot te helpen. Niet alleen valt dan de communicatie weg en verliest de bemanning alle contact met de buitenwereld, al snel blijkt dat ze niet alleen zijn en dat er in de diepe trog iets onbekends vertoeft.

Net als bij zijn andere producties waren Cameron’s ambities voor deze film niet min. Zo liet hij een onafgewerkte kernreactor vollopen met water, wat op dat moment de grootste gefilterde watertank ter wereld opleverde. In deze tank, waar hij ook de onderwaterfilmset van het platform liet bouwen, ging de cast een maandenlange opname tegemoet. De combinatie van moeilijke werkomstandigheden en Cameron’s oog voor perfectie zorgden ervoor dat het geduld van de acteurs serieus op de proef gesteld werd. Dit zorgde er dan ook voor dat enkele onder hen er op een bepaald moment volledig onderdoor gingen. Zowel Harris als Mastrantonio lieten later weten nooit meer te willen samenwerken met James Cameron, wat wel vaker door zijn harde aanpak het geval is.

Dat de acteurs tijdens de opnames tot het uiterste zijn gedreven, is ook duidelijk te merken aan hun prestaties. Ed Harris en Mary Elizabeth Mastrantonio vertolken beide menselijke personages die na hun onverwerkte breuk terug dichter naar elkaar groeien. Michael Biehn, die ondertussen al voor de derde keer samenwerkt met Cameron, laat in een degelijke vertolking als Navy SEAL zien wat het High-Pressure Nervous syndroom zoal kan doen met een mens.

Cameron slaagt erin om de kijker in het claustrofobische gevoel te hullen waardoor we ons al even opgesloten voelen als de personages. De kracht van de desolate oceaanbodem en zijn oorverdovende stiltes wordt vaak vergroot met geluiden van het roestende boorplatform of door de score van Alan Silvestri, die soms enkel met subtiel echoënde klanken de mysterieuze dieptes bezielt en op andere momenten met veel bombast laat floreren. Vooral de scène waarin Bud in een speciaal duikpak de eindeloos diepe trog afdaalt, zaten we minuten lang mee onze adem in te houden. De cinematografie, die genomineerd werd voor een Oscar, is verbluffend en verdiende een beeldje alleen al voor in de meest camera-onvriendelijke omstandigheden ooit tot stand gebracht te zijn.

Het verhaal wordt prima opgebouwd en ontvouwt zich tot een heus episch sciencefictionavontuur.

Ook de effecten zijn knap in beeld gebracht. Deze film werd gemaakt in een tijdperk toen 3D-animatie nog in zijn kinderschoenen stond en dit nog een tijdrovend monnikenwerk was. Het was dan ook een van de eerste films waarin 3D-animatie werd toegepast. Ook al staat de technologie vandaag mijlen verder, het feit dat dit niet evidente effect met zoveel zorg is gerealiseerd maakt dat dit nog een zekere charme en een authentiek karakter uitstraalt. Ondanks het gebruik van miniaturen – die tegenwoordig bijna altijd vervangen worden door digitale pixels – geeft deze techniek toch een gevoel van realisme. Naar onze mening hebben de visuele effecten hun tijd ook behoorlijk goed doorstaan, zeker als men ermee rekening houdt dat Cameron zichzelf met Avatar compleet verloren liet gaan in het avontuur van overschatte 3D-scopie en zielloze uit pixels opgetrokken personages.

Naar het einde toe wordt de film jammer genoeg toch net iets te klef en de deus ex machina zal ook niet iedereen kunnen bekoren maar wij konden ons alvast wel laten meevoeren. Het verhaal wordt prima opgebouwd en ontvouwt zich tot een heus episch sciencefictionavontuur dat niet hoeft onder te doen voor Cameron’s andere sci-fi-meesterwerk(jes) zoals Aliens en Terminator 2: Judgement Day. Wat u ook doet, probeer de Special Edition ten alle tijden te mijden aangezien het uitgebreide einde hier – een geforceerd en misplaatst moraallesje - de kwaliteit van de film voor een groot stuk afbreekt.

Bert Coppens Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien