Apocalypto

Genre: | Duur: 2u00 | Release: 7 Maart 2007 | Land: VS | Regie: Mel Gibson | Cast: Rudy Youngblood, Dalia Hernandez, Morris Birdyellowhead

Anderhalf uur lang lijkt Mel Gibson met Apocalypto op weg naar een triomftocht zonder weerga, totdat hij zijn ziekelijke drang naar blood and gore niet meer onder controle kan houden en Apocalypto afglijdt naar een jungleversie van The Passion Of The Christ. De man kan het écht niet laten.



Eerst even orde op zaken stellen. De buzz die Apocalypto voorafging, draaide doorgaans rond het feit dat Gibson opnieuw een antisemitisch manifest aan het maken zou zijn. Bij die 'opnieuw' stellen wij ons al vragen, want The Passion Of The Christ was eerder een aanval op de goeie smaak dan op het Zionisme. Ook in Apocalypto moet je al heel ver gaan zoeken om mogelijk antisemitische accenten uit te lichten. Er valt wel een hoop symboliek te ontrafelen, maar dat ligt dan ook voor de hand in een film waarin een overheersende beschaving een andere aan zich onderwerpt, aan de vooravond van beider ondergang. Apocalypto is vooreerst gewoon een actiefilm. De symboliek ervan verzint u er zelf maar bij.



Actieheld van dienst is Jaguar Paw, een uitstekend jager, liefhebbende echtgenoot en zorgende vader in een kleine nederzetting middenin de jungle. Het leven is er simpel maar zorgeloos, totdat het dorp overvallen wordt door wat een meer ontwikkelde stam lijkt te zijn. De mannen die in het gevecht niet aan hun einde komen, worden gevangen genomen en weggesleept naar een heel andere, voor de dorpelingen compleet onbekende wereld.



Die magere, zelfs redelijk clichématige pitch is de aanleiding voor het meest indrukwekkende anderhalf uur cinema dat wij de laatste tijd op ons af hebben laten komen, met een opeenstapeling van filmische en emotionele hoogtepunten. De ontmoeting in het begin van de film tussen de dorpelingen en een andere, door een onduidelijke angst verlamde stam grijpt de film meteen in een onbehaaglijke greep. De vrolijke taferelen iets later in het dorp krijgen op die manier meteen een wrange bijsmaak, tot op het moment dat de hond 's ochtends, terwijl iedereen ligt te slapen, plots ophoudt met blaffen en de hel losbarst.



Het gevecht dat volgt is haarfijn en beheerst in beeld gebracht. Gibson treft raak door de voor het merendeel enkel in een soort voorhistorische string geklede mannen een pak sterker te maken dan een doorsnee vent vandaag de dag. Het gevecht krijgt zo iets dierlijks, de manier waarop lichamen letterlijk heen en weer geslagen en geworpen worden, zorgt voor een onbenoembaar accent, bijna alsof we niet meer naar mensen aan het kijken zijn. De pijn en smart die de veldslag achterlaat, komt op die manier haast dubbel zo sterk over.



Ook de grote Maya-stad, die zowat de hoeksteen van de film vormt, wordt overweldigend sterk in beeld gebracht. Weg zijn de groene bomen en fluitende vogeltjes van de jungle, we worden na ongeveer een uur film binnengeloodst in een metropool avant la lettre, van de sloppenwijken tot helemaal bovenop de machtige, alles en iedereen overstemmende tempel. Het lawaai, de kleuren, de mensen... Het contrast met alles wat vooraf ging kon niet groter zijn. Het is gelukkig nog niet hier dat Apocalypto ontspoort, al begint de alerte kijker al nattigheid te voelen als de voorspellingen van een eng orakelend meisje belachelijk snel uitkomen. Het gaat pas echt fout als Jaguar Paw weet te ontsnappen, en we aankomen bij wat Mel Gibson oorspronkelijk van plan was: een achtervolgingsfilmpje.



Dat blijft nog even geweldige beelden opleveren (onze held aan de rand van een massagraf, onze held bovenin een boom terwijl zijn achtervolgers onder hem door sluipen, ...), maar dan gebeurt het onvermijdelijke en laat ouwe Mel de teugels vieren. Dat resulteert onder andere in een wansmakelijk gedetailleerd shot van een jaguar die zich te goed doet aan het gezicht van een nog levende mens, liters bloed en Jaguar Paw die een bondgenoot vindt in een stelletje bijen. BIJEN! Gibson gaat ineens zo over the top dat het lachwekkend wordt en de eerste 90 minuten van de film nog maar een verre droom lijken. Het is haast onvoorstelbaar hoe Gibson zijn film compleet onnodig in de mixer smijt en het resultaat daarvan zonder enige gêne op het witte doek kwakt.



Apocalypto is dus maar een half gelukte film, waarvan het einde gelukkig nog wel tot nadenken stemt, zelfs al zit Gibson er dan enkele honderden jaren naast in de historische chronologie. Dat is trouwens niet de enige historische onjuistheid in een film waarin de Maya- en de Inca-cultuur gewoon op een hoopje worden gegooid, en het bloeddorstige resultaat daarvan niet meer dan een aanfluiting is van wat algemeen als een humane en vergevorderde beschaving wordt beschouwd. Anderhalf uur lang leek het erop dat Gibson, met behulp van een even onbekende als fantastische cast, de film van zijn leven had gemaakt. Uiteindelijk is Apocalypto vooral een bewijs van 's mans onmiskenbare talent als regisseur, maar evenzeer van zijn onbegrijpelijke, met sadistische trekjes doorspekte persoonlijkheid, waarmee hij zijn films vooralsnog meer kwaad dan goed doet.


Mathieu Dams Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien