Exiled
Genre: Komische actieprent
| Duur: 1u40 | Release: 29 Augustus 2007 | Land: Hong Kong | Regie: Johnnie To | Cast: Anthony Wong, Francis Ng, Nick Cheung, Simon Yam
Als u zichzelf een beetje filmfan durft noemen, staat de openingsscène uit de westernklassieker Once upon a time in the west in uw geheugen gegrift als memorabel. Drie ultracoole gangsters stappen zonder een woord teveel te zeggen een treinstationnetje ergens in het verre westen binnen, bedreigen de brave stationswachter en wachten vervolgens een hele poos op iets of iemand waar de kijker vooralsnog het raden naar heeft. Het begin van Exiled lijkt daarvan wel een exacte kopie. Alleen de setting (een rijhuis in de voormalige Portugese kolonie Macau, aan de zuidkust van China) en de periode (1998) verschillen. Regisseur Johnny To steekt zijn adoratie voor het klassieke westerngenre duidelijk niet onder stoelen of banken en maakte met Exiled een amusante ?Eastern?. De whiskyflessen, de mondharmonica, de sigaren, de pistolen en de kruitdamp mochten dan ook niet op het appel ontbreken.
De plot van Exiled vat zich kort samen. Anno 1998 wordt het historische stadje Macau door de Portugezen overgedragen aan China. Tijdens deze chaotische overgangsperiode trachten enkele criminele bendes nog snel een slag te slaan. Zo worden enkele huurmoordenaars erop uit gestuurd om hun voormalige kompaan Wo om het hoekje te helpen. Wanneer zij dat verzuimen zint de opdrachtgever ?Boss Fay? op wraak. Geweergeschut en bloedvergieten zijn van dan af onvermijdelijk.
Aanvankelijk is de nieuwste prent van veelfilmer Johnny To (Election 1 en 2, Breaking News) een voltreffer die zowel een plezier is voor de ogen als voor de lachspieren. De, via onder meer extreme close-ups en slow motions, hypergestileerde actiescènes worden perfect afgewisseld met porties stompzinnige, relativerende humor. Het ene moment schieten de huurmoordenaars als volleerde ?Dirty Harries? hun belagers van hun sokken, het volgende moment hebben ze alle moeite van de wereld om hun krakkemikkige busje weer op gang te duwen. Exiled zou geen Westernparodie zijn, mochten de ruige helden en de meedogenloze gangsters niet van hun voetstuk worden gehaald. Het opportunisme en het gebrek aan hogere doelen en morele waarden kenmerkt zowel de slechten als de goeden, waaronder een hilarische politiecommissaris die het in zijn broek doet wanneer de bendeleden zijn pad kruisen en de dagen tot zijn pensioen zit af te tellen.
Helaas is het dat wat de film finaal het nekschot toedient. De leegheid van het gangsterbestaan levert na een tijd ook vrij vervelende en inhoudsloze cinema op. Zo goed als de heren hun weg kwijt raken, zo wordt de film evenzeer richtingloos. In de tweede helft van Exiled gaat het tempo erop achteruit, kunnen de weerkerende vuurgevechten steeds minder imponeren en komt de geschifte, met zelfspot doordrenkte humor alsmaar minder om de hoek kijken.
Op zijn beste momenten verdient Exiled zijn plek in de galerij der grote actiefilms die de Aziatische cinema de laatste jaren heeft voortgebracht (OldBoy, The Host). Spijtig dus dat deze prent zichzelf iets teveel herhaalt en in zijn geheel te weinig om het lijf heeft.